Mijn verjaardagscadeautje

Een grape

Vandaag, 21 Juni 1353, is het mijn verjaardag. Ik stond vanochtend op en liep met een nieuwsgierige gedachte rond in mijn kamer. Ik wilde zo graag naar beneden om te kijken wat mijn verjaardagscadeau was. Maar moedertje lief had gister avond verteld dat ik niet eerder mijn kamer uit mocht totdat zij mij zou komen halen.

Broer Joris was al naar beneden gegaan. Ik zag hem namelijk niet naast mij in bed liggen. Zijn deken was nog warm. Dus zo lang geleden moest dat niet zijn geweest. Ik denk dat ik nog wel een kwartier in mij kamer heb gezeten. Maar toen kwamen Joris, Moedertje lief en Vadertje lief naar binnen stormen. Ze zongen een liedje en gaven mij een zoen. Ik mocht naar beneden.

Toen ik eenmaal beneden was voelde ik de hitte van Vaders tinnegieters winkel door de muren heen. Vaders winkel is namelijk precies naast ons huis gebouwd. Ik keek door het raam en zag dat de stad en de markt al flink wakker was. Vader en Moeder zaten aan tafel en riepen me, ik wist niet waar Joris was. Ik ging zitten aan tafel en keek naar de deur. Ik zag Joris met een groot pakket naar binnen komen. Hij gaf het aan me en zei "Maak maar gauw open zusje van me". Ik pakte het pakket en scheurde het open. Het was een grape, een bord, een kan en een pan uit Vaders winkel! Ze noemde het ook wel "Huisgerei in klein formaat". Ik zei snel dankjewel en gaf mijn ouders een kus en een knuffel. Joris gaf ik ook een knuffel. 

Het is al weer een paar maanden verder, 9 September 1353, ik heb vandaag een paar klusjes gedaan voor Vader en daarna ging ik op bezoek bij Tante An. Ik ging samen met mijn nichtje Annelies spelen met mijn Huisgerei in klein formaat. We deden net alsof we goede kooklui waren. Het was heel leuk. Maar toen ik naar huis liep met al mijn spulletjes kwam ik er achter dat ik mijn bord bij Annelies was vergeten. Ik wilde niet het hele eind terug lopen met mijn spulletjes, dus had ik het met de gedachte "het word niet gestolen" onder een deken gelegd net naast een kist bij de bakker. Toen ik het bord had gehaald en weer terug liep, begon het te regenen. Ik begon snel naar huis te rennen. Maar toen ik eenmaal thuis was, was ik de spullen onder de deken vergeten. Vader en Moeder verboden het om door de regen naar buiten te gaan. Dus ik wachtte totdat het regen was opgehouden. Ik liep naar de kist bij de bakker en keek of de deken er nog lag. Maar de deken was verdwenen. Ik bleef door zoeken totdat ik naar boven keek en zag dat er een bordje met VUILNIS hing en een pijl naar beneden. Mijn mooie spulletjes waren samen gevoegd in een grote vuilnis kuil net naast de stad. 

Mijn verjaardagscadeau was ik dus mooi kwijt.

Het leven in 1350

Maak jouw eigen website met JouwWeb